• De laatste weken verschenen er nog al onheilspellende berichten dat de fiscus nu uw huis in het buitenland zwaar ging belasten. Wat is er juist aan de hand? Wat verandert er nu juist ?

Het Europees Hof van Justitie in Luxemburg veroordeelde België reeds meerdere malen (2014,2018 en 2020) m.b.t. de vaststelling van het onroerend inkomen van een buitenlands onroerend goed. Er is immers een verschil in belasting voor wie bijvoorbeeld een buitenverblijf in Spanje heeft of een gelijkaardig appartement aan de Belgische kust en dit al dan niet verhuurt. En dit mag niet volgens Europa.

Nieuwe regels.

Dus er is een nieuwe regeling bedacht vanaf aanslagjaar 2022 (inkomsten 2021). Wat houdt deze nieuwe regeling nu juist in? 

Huidige regeling.

Wie een appartement niet verhuurt (of verhuurt aan een niet-beroepsgebruiker) en dit appartement is in België, wordt op basis van het kadastraal inkomen belast (KI x index x 1,40).  Wordt het niet verhuurd maar het ligt in het buitenland, dan aanvaardt de fiscus dat u het buitenlands equivalent van het kadastraal inkomen aangeeft (Spanje, Frankrijk, Nederland en Italië).

Wie een appartement in het buitenland echter verhuurt, wordt dan weer belast op de reële huurinkomsten (minus de buitenlandse belasting en kostenforfait van 40%).  Nochtans heeft het Hof van Beroep te Luik geoordeeld dat wanneer het buitenlands onroerend goed wordt verhuurd aan een niet-beroepsgebruiker enkel 22,5% van de ontvangen huur dient aangegeven te worden en niet het volledige bedrag (Luik 28 juni 2017).

U merkt het verschil tussen in België gelegen vastgoed en in het buitenland gelegen vastgoed…

Let wel, veelal wordt het buitenlands inkomen enkel in rekening genomen om het belastingtarief op de Belgische inkomsten te berekenen.  Of anders gezegd de hoogte van het belastingtarief op de Belgische inkomsten wordt mede bepaald door deze buitenlandse inkomsten. In  het vakjargon heet dit ‘vrijgesteld onder progressievoorbehoud’.  Vaak wordt de fiscale bijkomende druk overroepen zeker wanneer er nog aftrekbare intresten zijn.  Maar het kan niet worden ontkend dat er een verschil is en dat is niet conform de Europese regelgeving. DUS meestal zal het u zo goed als niets kosten.

De druk werd trouwens serieus opgevoerd omdat België een dwangsom aangerekend werd. Ondertussen loopt dit bedrag reeds aardig op … en dit heeft de regering dan ook tot de noodzakelijke spoed aangezet.

Nieuwe regeling.

Huidig minister van Financiën Vincent Van Peteghem wil dit voor eens en altijd oplossen en heeft een systeem uitgewerkt om ook voor die buitenlandse onroerende goederen een kadastraal inkomen vast te leggen. De Administratie Opmetingen en Waarderingen (= AOW) zal hiervoor verantwoordelijk zijn.

Nu wordt het pure waanzin, volg even mee. Een KI is eigenlijk een fictief jaarlijks huurinkomen maar dit werd voor de laatste keer vastgesteld in 1975 (ja toen de hippies nog rond liepen). Dus nu zou van de fiscale ambtenaar worden gevraagd om deze zelfde denkoefening te doen voor uw pand in het buitenland. Dus Jos van de ‘Belastingen’ in Diest moet proberen te achter halen wat het jaarlijks huurinkomen is van uw flat in Estepona …maar dan in 1975… Toen liepen daar de koeien nog rond. Er mag al is gelachen worden…

Formule.

Dus men zou dan dat buitenlands KI maar als volgt vaststellen (zie hierna) en zo kan Jos uit Diest op zijn stoel blijven zitten. De vaststelling van het kadastraal inkomen (KI) gebeurt op de volgende wijze. Voor gebouwen is het KI gelijk aan 5,3% van de door de belastingplichtige aan te geven normale verkoopwaarde anno 1975.  Dit is niet evident vandaar wordt de huidige verkoopwaarde gedeeld door 15,036 (= coëfficiënt 2020). Deze coëfficiënt wordt ieder jaar aangepast en gepubliceerd.  Voorbeeld u koopt vandaag een appartement aan in Spanje voor een bedrag van 500.000 euro.  Het kadastraal inkomen bedraagt dan : 500.000 / 15,036 x 5,3% = 1.762 euro

Let wel dat de aftrek van de in het buitenland betaalde belasting niet langer meer wordt toegestaan. 

Bij een verwerving of vervreemding van een buitenlands onroerend goed heeft men aangiftetermijn van 4 maanden.  Bent u op 31 december 2020 reeds eigenaar van (of een zakelijk recht heeft op) een buitenlands onroerend goed, dan heeft u tot 31 december 2021 de tijd om hiervan aangifte te doen. De AOW zal in de loop van 2021 ook een lijst opstellen van belastingplichtigen die voor het aanslagjaar 2020 of 2021 inkomsten van buitenlandse onroerende goederen hebben aangegeven deze belastingplichtigen contacteren om de nodige informatie te verzamelen om het KI vast te stellen. Wie de regelgeving aan zijn laars lapt mag zich verwachten aan een boete van 250 euro tot 3.000 euro.  

Dus veel gedoe voor niks!

lees onze fiscale boeken

Heb je een vraag?

Beste lezer,

Zoals u weet is fiscale wetgeving een snel veranderende materie. Als u daarom twijfelt of een ouder artikel nog volledig up to date is, twijfel dan niet ons te contacteren…

Als je een creatief maar legaal advies nodig hebt, of als je met een opmerking of een idee zit, of je wilt een achterpoortje dubbelchecken, je wenst een second opinion, je hebt een vennootschap nodig,..of je wilt even bijpraten…