Bij een controle kan de fiscus in principe enkel inzage vragen in de bankrekeningen die u voor uw beroep gebruikt en dus niet in uw privérekeningen. Als u een privérekening echter ook gebruikt om beroepsmatige verrichtingen mee te doen, dan wordt dat ook een beroepsmatige rekening, zelfs als die beroepsmatige verrichtingen slechts af en toe gebeuren. Voor de fiscus volstaat zelfs één beroepsmatige verrichting om van een privérekening een beroepsrekening te maken, die ze dus mogen opvragen. De rechters zijn het daar echter niet altijd mee eens, zeker niet als het om een verrichting gaat, die per vergissing via de privérekening gebeurde…
Zo kwam er vorig jaar een zaak voor de rechtbank (Hasselt, 13.05.2009) van een zelfstandige bij wie er per ongeluk een aantal beroepsmatige stortingen per vergissing op zijn privérekening gebeurden. De fiscus gaat er van uit dat deze rekening, op persoonlijke naam van de belastingplichtige en zijn echtgenote, een beroepsmatige rekening van de vennootschap is omdat enerzijds de rekeninguittreksel aanwezig waren op de maatschappelijke zetel van de vennootschap tijdens de opsporingswerkzaamheden van de fiscus (waar ze dus blijkbaar ook konden worden ingekeken) en omdat er anderzijds beroepsmatige ontvangsten van de vennootschap op deze rekening gestort werden (waarvan één storting in cash en drie cheques). Bovendien gebeurden er volgens de fiscus ook in vorige jaren reeds beroepsmatige verrichtingen op deze rekening. Daarop verhoogt de fiscus de belastbare inkomsten van de belastingplichtige op basis van vermoedens vertrekkende van de stortingen die werden teruggevonden op die privérekening. Hierop wordt bovendien de gevreesde aanslag geheime commissielonen van 309% toegepast, wat voor een gepeperde rekening zorgt…
De rechtbank stelt evenwel vast dat de stortingen ongeveer een week later opnieuw werden afgehaald in speciën. Volgens de belastingplichtige is de storting op de privé-rekening van de cheques en het cash geld een vergissing, die dus binnen de acht dagen werd rechtgezet. Tot staving hiervan overlegt hij een verklaring van zijn kantoorhouder waarbij hij erkent dat de stortingen per vergissing zijn gebeurd op de privé-rekening i.p.v. op de rekening van de vennootschap en dat deze boekingen onmiddellijk gecorrigeerd werden. De rechtbank stelt vast dat deze rechtzetting meer dan een jaar gebeurde voordat er door de administratie werd overgegaan tot grondige controle van de vennootschap, zodat de beweringen van de administratie niet kunnen gevolgd worden. Ook de vaststellingen van verrichtingen die in vorige jaren hebben plaatsgevonden en waarnaar de fiscus verwijst, kunnen niet in aanmerking genomen worden om te stellen dat de bankrekening in de gecontroleerde jaren een beroepsrekening zou zijn. De enkele vaststelling dat de rekeninguittreksels aanwezig waren op de maatschappelijke zetel van de vennootschap en het feit dat er één storting van een klant van de vennootschap is toegekomen op deze rekening, is niet voldoende om te stellen dat het hier een beroepsrekening betreft. Door te. stellen dat alle contante ontvangsten die zijn binnengekomen op deze rekening, dienen beschouwd te worden als beroepsmatige ontvangsten van de vennootschap, past de fiscus vermoedens op vermoedens toe. De fiscus toont dus niet op rechtsgeldige wijze aan dat er verzwegen winsten zijn zodat de taxatie geheime commissielonen niet kan weerhouden worden. De aanslagen dienen dan ook vernietigd te worden.